Alternatieve geneeswijzen

Bij ziekten van de hond wordt niet alleen de gebruikelijke, op natuurwetenschappelijke kennis en onderzoekmethoden gebaseerde, veterinaire geneeskunde ingeschakeld. Er bestaat ook een aantal zogenaamd alternatieve geneeswijzen of geneesmethoden waar steeds meer gebruik van wordt gemaakt door hondeneigenaren.
De op natuurwetenschappelijke inzichten gebaseerde geneeskunde gaat uit van een aantal grondprincipes. Deze (traditionele) geneeskunde kan zich beroepen op een zeer breed inzicht in de ziekte en gezondheid van de hond. Vooral sinds het midden van de negentiende eeuw is de ontwikkeling van de kennis over het functioneren van mens en dier en over de daaruit voortvloeiende behandelingsmethoden enorm toegenomen. Alle preventieve inentingen tegen ziekten en tal van geneeskundige behandelingen (bijvoorbeeld met antibiotica) kunnen tot de vruchten van deze traditionele geneeskunde worden gerekend.
Inmiddels beschikt een dierenarts, mede dankzij zijn opleiding en ervaring, over een uitgebreid pakket diagnostische inzichten en daarop aansluitende behandelingsmethoden.
De natuurwetenschappelijk georiënteerde geneesmethoden zullen echter niet altijd tot een succesvolle behandeling leiden. Soms kan geen relevante diagnose worden gesteld of blijkt een aandoening niet te kunnen worden genezen. Het leven blijft nu eenmaal kwetsbaar, ondanks de inzichten van de moderne medische wetenschappen.
Daarom zoeken steeds meer hondeneigenaren hulp bij alternatieve geneeswijzen. Dit moet echter niet betekenen dat niet meer gekeken wordt naar het ruime aanbod aan mogelijkheden dat de normale, traditionele diergeneeskunde biedt. Alternatieve geneeswijzen zijn in veel gevallen pas een alternatief waar de gebruikelijke geneeswijzen niets uithalen.
Er zijn in Nederland en België diverse dierenartsen die binnen gewone geneesmethoden zijn opgeleid, maar ook alternatieve methoden in hun behandelingspakket hebben. Als men op een verantwoorde wijze alternatieve geneeskundige hulp voor de hond wil inroepen, is het verstandig om een beroep te doen op een dierenarts die zich daarin gespecialiseerd heeft. Deze dierenartsen zijn zowel geschoold in de gebruikelijke diergeneeskundige diagnostiek en behandelingsmethoden als in de alternatieve geneeskundige hulp.

Er bestaat een groot aantal betrouwbare alternatieve geneesmethoden, bijvoorbeeld: kruidengeneeskunde, homeopathie, acupunctuur en acupressuur en osteopathie. Maar voor alles geldt dat een snelle diagnose door een dierenarts de beste garantie biedt voor een spoedig herstel.

Kruidengeneeskunde

De kruidengeneeskunde behoort tot de oudste vormen van medicinaal handelen. De klassieke geneeskunde is voorafgegaan door eeuwenoude geneesmethoden die tot de kruidengeneeskunde kunnen worden gerekend. Mensen hebben altijd al geprobeerd zichzelf te genezen met behulp van kruiden. In alle oorspronkelijke culturen ter wereld kunnen sporen worden aangetroffen van het geneeskundig gebruik van kruiden. Ook de hond eet vaak uit zichzelf bepaalde kruiden als hij zich niet lekker voelt. Een goed voorbeeld daarvan is het eten van gras als zijn maag van streek is en dat uiteindelijk zal leiden tot braken.
Veel van de tegenwoordig nog algemeen in gebruik zijnde moderne medicijnen stammen direct of indirect af van de medicijnen die tot ver in de 19e eeuw werden vervaardigd uit natuurlijke materialen, kruiden en planten en dergelijke. De werking van het bekende aspirientje berust op een stof die van nature voorkomt in de bast van de wilg.
In principe laten de opvattingen van de kruidengeneeskunde zich dus verenigen met de natuurwetenschappelijke opvattingen.
Eén nadelig aspect van de kruidengeneeskunde is echter nog wel het vermelden waard. Planten mogen dan ‘natuurlijk’ zijn, maar er zijn veel planten die tegelijkertijd een zeer giftige werking kunnen hebben. Daar komt nog bij dat de herkomst van veel niet-giftige kruiden niet altijd bekend is. Zo brengen veel ‘kruidendokters’ plantendelen in de handel die bijvoorbeeld hoge concentraties lood bevatten, omdat de bewuste planten hoogstwaarschijnlijk afkomstig zijn uit de bermen van autowegen.
Daarnaast is het zo dat de precieze hoeveelheden werkzame stof in een bepaald kruid kan variëren. Het ondeskundig gebruik van middeltjes van plantkundige aard brengt dus de nodige gevaren met zich mee. Bij kruidentherapie is dus beslist de deskundige begeleiding van een dierenarts nodig.

Homeopathie

Homeopathie is één van de niet-natuurwetenschappelijke benaderingswijzen van ziekte en gezondheid. Deze geneeswijze gaat uit van de evenwichtssituaties in het lichaam, die door ervaring en overlevering zijn ontdekt. De grote schepper en voorman van het homeopathisch handelen was de duitser Samuel Hahnemann (1755-1843). Hij formuleerde in 1796 zelfs het principe dat als de wetten van de homeopathische geneeskunde van toepassing waren op de mens, ze dan evengoed toepasbaar waren op dieren.
De homeopathie zet zich, evenals de kruidengeneeskunde, af tegen het gebruik van synthetisch vervaardigde medicijnen. Bij de homeopathische behandeling worden ziekten geïnterpreteerd als afwijkingen van natuurlijke processen. Door uiterst geringe hoeveelheden van bepaalde stoffen zeer regelmatig toe te dienen, worden de natuurlijke lichaamseigen afweerkrachten gestimuleerd. Het gevolg van één en ander is een herstel van de ziekte.

Homeopathie kan fungeren als ondersteuning van een diergeneeskundige behandeling door de dierenarts en mogelijk genezing of verlichting van de klachten opleveren op de gebieden waar de klassieke geneeskunde geen oplossingen voorhanden heeft. Deze alternatieve geneeswijze doet geen inbreuk op de vele positieve mogelijkheden van de klassieke geneeskunde, maar moet wel in de handen van een officiële dierenarts liggen. Die kan vanuit zijn deskundigheid vaststellen welke therapeutische richting in een bepaald geval uitkomst biedt. Hoe eerder de dierenarts een diagnose stelt, hoe groter in de meeste gevallen de kans op herstel is. Bij één en ander moet altijd worden bedacht dat noodzakelijke chirurgische ingrepen, wondverzorging, het beproefd gebruik van antibiotica, preventieve inentingen en dergelijke nooit kunnen worden vervangen door welke alternatieve geneesmethode dan ook.

Het uitgangspunt van homeopathie is dat het lichaam onderworpen is aan natuurlijke regulatieprocessen. Deze processen treden ook in geval van ziekte op en bewerken zo bepaalde evenwichten. De gezondheid kan ermee gediend zijn als de regulatieprocessen worden versterkt.
De homeopathie gaat uit van stoffen die van nature bepaalde werkingen hebben die in het verlengde liggen van de symptomen of de klachten. Het komt er op neer dat ziekten of symptomen worden bestreden met middelen die in feite dezelfde klachten oproepen. Deze behandelingsmethode veronderstelt vanzelfsprekend een uitgebreide kennis van de symptomen die van nature door bepaalde stoffen worden opgewekt. Zou die kennis niet aanwezig zijn, dan kan de homeopaat niet bepalen welke stoffen hij moet gebruiken. De homeopaat stelt dus de symptomen van de ziekte vast en zoekt daar vervolgens stoffen bij die gelijke symptomen opwekken. Vervolgens maakt hij verdunningen van de werkzame stoffen.
Men verdunt telkens 1 deel werkzame stof op 9 delen verdunmiddel. D1 is dan de eerste verdunning (1/10), D2 de daaropvolgende verdunning (1/100), D3 de daaropvolgende (1/1000), enzovoort. Er worden wel verdunningen gebruikt van D200 of D300. De verdunningen worden meestal verkregen door oplossingen in bijvoorbeeld alcohol te maken.

Acupunctuur en acupressuur

Acupunctuur en acupressuur zijn vanuit een geheel ander gezichtspunt opgezet dan de hiervoor besproken geneeswijzen, al wijken deze methoden eveneens af van de natuurwetenschappelijke standpunten. De opvattingen over acupunctuur en acupressuur berusten op de kennis en inzichten die al eeuwenlang worden toegepast binnen de chinese cultuur. Daarbij wordt uitgegaan van zogenaamde meridianen. Dit zijn een aantal lijnen die over het lichaam lopen en die punten met een bepaalde energetische betekenis met elkaar verbinden. Deze punten worden bij acupunctuur gestimuleerd door middel van naalden, terwijl ze bij acupressuur worden gestimuleerd door het uitoefenen van een lichte druk met de duim of vingers. Het theoretische kader achter beide benaderingswijzen is echter identiek.
Bij de hond worden 14 van deze banen onderscheiden: de meridiaan van de functies van de longen (en huid), de meridiaan van de functies van de dikke darm, de meridiaan van de functies van de maag, de meridiaan van de functies van de milt, de meridiaan van de functies van het hart (en de bloedvaten), de meridiaan van de functies van de dunne darm, de meridiaan van de functies van het sympathische systeem, de meridiaan van de functies van de galblaas, de meridiaan van de leverfuncties (ook de suikervoorziening van de spieren), de meridiaan van de functies van het willekeurige zenuwstelsel (op centraal niveau) en de meridiaan van de functies van het onwillekeurige zenuwstelsel (op centraal niveau).
Op deze energetische banen, die men zich het best als energiestromen kan voorstellen, bevinden zich bepaalde punten die gevoelig zijn voor stimulatie en waar de functies van de betreffende meridiaan dus kunnen worden beïnvloed. In anatomische zin, vanuit een natuurwetenschappelijk oogpunt, zijn deze banen niet aantoonbaar, maar ze hebben wel een functionele werking.
Bij de hond worden circa 500 van deze functies beïnvloedende punten onderscheiden. Daarvan worden er ongeveer 300 in diverse therapieën gebruikt. Er liggen ongeveer 50 punten op het hoofd en de schouders, 100 op het lichaam en de overige 150 op de ledematen.
De acupunctuur wordt verricht door de diverse punten die op een bepaalde functie betrekking hebben te stimuleren en zo die functie in zekere zin te beïnvloeden. Het stimuleren gebeurt met behulp van zeer dunne naalden van edelmetaal.

Sommige mensen menen dat acupunctuur en acupressuur geneeswijzen zijn die berusten op een vorm van suggestie. Suggestie zou een goede verklaring kunnen zijn voor de werking van deze methoden bij de mens. Maar, omdat dieren ook reageren op een behandeling met acupunctuur of acupressuur, moet het idee over suggestie worden verworpen. In China worden bijvoorbeeld grote operaties op honden verricht, waarbij de verdoving plaatsvindt door middel van acupunctuur. Het lijkt zeer onaannemelijk dat de honden via suggestie worden verdoofd.
Het verdoven van pijn is zeker niet de enige doelstelling van een behandeling met acupunctuur of acupressuur. Men probeert er ook tal van ziekten of aandoeningen mee te genezen. In sommige klinieken in China worden bijna alle behandelingen vanuit deze gezichtspunten ingezet of begeleid.

Voor acupunctuur en acupressuur geldt hetzelfde als voor andere alternatieve geneeswijzen; namelijk dat moet worden voorkomen dat de hond verstoken blijft van de successen die met de traditionele diergeneeskunde kunnen worden behaald. Het spreekt ook voor zich dat deze behandelingsmethoden alleen vertrouwd zijn als ze worden uitgevoerd door of in nauw overleg met een algemeen erkende dierenarts die uiteraard op de hoogte is van de moderne veterinaire diagnostiek en behandelingsmogelijkheden.
Acupunctuur op huisdieren heeft trouwens inmiddels een hoge vlucht genomen in diverse westerse landen, in het bijzonder in de Verenigde Staten. Er bestaat daar tevens een aantal verenigingen waaronder de International Veterinary Acupuncture Society.

Acupunctuur behandeling bij Lana, najaar 2003

 

 

 


 

Acupunctuur behandeling bij Levi, voorjaar 2007

Osteopathie

Osteopathie is een geneeswijze die steeds meer wordt toegepast op mensen, maar inmiddels ook regelmatig bij dieren wordt gebruikt. Door het uitoefenen van massage en druk, vooral op de wervelkolom, maar ook op andere beenderen, worden effecten bereikt die men beschrijft in termen van harmonie, het opheffen van blokkades, het stimuleren van de bloedsomloop, enzovoort. Dat massage dit soort effecten kan bewerkstelligen, past binnen het algemeen natuurwetenschappelijk kader. De nadruk op harmonie en dergelijke doet echter eerder aan de terminologie van de homeopathie denken.
Osteopathie mag uiteraard alleen door een erkend osteopaat worden uitgevoerd. Het beendergestel van de hond is immers uiterst kwetsbaar, zeker de wervelkolom.